vrijdag 30 januari 2015

Capture All - Transmediale 2015

Laten we ALLES vastleggen! Hier komt de titel op neer van de hoofdtentoonstelling van Transmediale 2015, een festival over kunst, media en technologie, dat plaatsvindt in het al even interessante Haus der Kulturen der Welt. En eigenlijk is het niet zozeer een oproep. Want wat wordt er ondertussen nog niet (met of zonder medeweten) vastgelegd?
Timo Arnall, Internet Machine, 2014

















De tentoonstelling vindt plaats in een donkere, labyrint-achtige ruimte. Tussen metalen hekken staan installaties, video's en foto's met als gemene deler de manier waarop (het gebruik van) data ons leven beïnvloedt. Bijvoorbeeld het werk Body Scan (2014) van Erica Scourti. Een stem vertelt een intuïtief-aandoende stroom aan woordassociaties, begeleid door afbeeldingen die Google genereert als je deze woorden zou intypen als zoekterm. Scourti scant op deze manier haar hele lichaam en vergelijkt ze met de afbeeldingen die tevoorschijn komen op het web. De zoekterm "roze lippen"levert volle lippen op die voldoen aan het heersende westerse schoonheidsideaal. Het zijn beelden die in het verleden de meeste "clicks" hebben gegenereerd. Maar er kunnen ook gekke beelden tussen zitten die weer een hele nieuwe associatiestroom opleveren.
Erica Scourti, Body Scan, 2014



Jennifer Lyn Morone doet iets soortgelijks, met als verschil dat zij niet associatief maar doelbewust en systematisch te werk gaat. Alle informatie die zijzelf genereert verzameld ze, denk aan hartslag, bloeddruk, maar ook aan humeur of locatie. Vervolgens toetst zij de marktwaarde van deze gegevens. Maar dan wel in eigen beheer. Niemand mag iets doen met haar gegevens, tenzij men in het bezit is van aandelen van de door haarzelf opgerichte Jennifer Lyn Morone™ Inc. Het werk verwijst onder andere naar de manier waarop bedrijven als Facebook zich gratis en voor niks privé informatie toe-eigenen voor winstdoeleinden.

Jennifer Lyn Morone™ Inc


















Timo Arnall toont het netwerk achter het netwerk, of zoals hij het zelf zegt in de catalogus: "de infrastructuur van het internet". Het zijn poëtische beelden van een van de grootste datacentra ter wereld, Telefonica in Spanje. Hij projecteert ze op een gigantisch drieluik. Dit soort centra zijn beter beveiligd dan welk vliegveld of overheidsgebouw dan ook, wat interessante gedachtes oproept over de hiërarchie van belangrijkheid tussen data en mens.

Timo Arnall, Internet Machine, 2014

















Het meest interessante werk is net als data ontastbaar. FTFY ( Fix That For You) van Jonas Lund, bestaat uit een audiotour die op gezette plaatsen in de tentoonstelling een kunstwerk aan je omschrijft. Op de vloer staan omlijnde vakken van verschillende afmetingen met een nummer erin dat je kunt intoetsen op je audiotour. In principe maakt het niet uit waar je staat, want het kunstwerk moet zich in je hoofd vormen. Alleen door intensief te luisteren krijg je een idee hoe het eruit zou kunnen zien. Luisteren blijkt een hele andere bezigheid dan zien. In de tijd dat je hersenen aan het verwerken zijn hoe groot 223,7 cm bij 178,2 cm bij 86,5 cm ongeveer is, praat de vertelstem door en mis je informatie over materiaal, kleur en uitleg.

Overzicht Capture All! met het audiotoer afgiftestation in het midden

















De stroom aan informatie lijkt ondoordringbaar en irritatie begint zich op te dringen, tot na een aantal onzichtbare omschrijvingen er zinnetjes beginnen op te duiken. Herhalingen zoals "The constant datafication of life" of "our abstract media reality". Als een verborgen boodschap die in het werk zit. De werking van reclame, herhaling van de boodschap, langzame onbewuste indoctrinatie wordt merkbaar.

Data. In de vorm van beelden brengen die van Google je een machinale generalisering van de mens. Je kunt data te koop aan bieden als het al niet gratis van je afgenomen is. Het is de mens voorbij gestreefd in belangrijkheid qua beveiliging en haar manipulerende krachten dringen je hersenen binnen. Geven we ons over of gaan we de strijd aan? Capture All staat ineens niet slechts voor alles vastleggen en krijgt een nieuwe betekenis. VEROVER ALLES!

---
De Transmediale 2015 werd gehouden in:
Haus der Kulturen der Welt, John-Foster-Dulles-Allee 10, 10557 Berlin
Van: 28 januari t/m 2 februari

donderdag 29 januari 2015

Floating fish and the meaning of meaning



On entering the exhibition 'quasi-objects' at Esther Schipper gallery with work by French artist Phillipe Parreno, I was greeted by floating fish and piano music. The slow underwater-like movements of the balloon fish had a strangely soothing effect which transformed the whole space into one big Zen centre. With a twist that is.



The exhibitions that are the most magical, are the ones like this one, where a shift happens when you enter. Where you step into another world, one that might look the same, but has a feel to it that the rules as you know them might not apply here. You are now on a mission. To discover the true meaning of balloons and fish.

Do you remember al the funny stuff people put into fish tanks? Castles, sculls, maybe even a piano. All served to make life in the fish bowl easier to watch. When it was time for cleaning and you took the castle out of the bowl, its purpose was temporary lost. It became a quasi-object.

















The name 'quasi-objects' is a philosophical term first designed by French philosopher Michel Serres (1930) for objects, made by man, that only get meaning in a certain context. For example when they are in interaction with people. Serres gives an example with a ball. When not used, it just lays there. It has no meaning, no function. But when used, in whatever game, it gets an enormous layer of cultural, social en in the case of soccer, national meaning. In a way, Serres is naming what Duchamp was doing.

The objects Parreno uses in this moving still-life, or mis-en-scene how it is often called, are handled in the same way. He has been using them since the 1990's in different combinations. They are like the colours on a painters pallet: used, mixed, discarded, reinvented in different compositions or constellations. In doing so the colours, like Parreno's objects, are meaningless on their own. They only get meaning when used. Or, you could say their meaning is in a constant state of flux. 

Still the objects do have some powers, because they have properties that effect our behaviour. If we drop the fish tank castle, it might break, so we have to be careful with it. In this way, the quasi-object influences our movements.

Although the exhibition 'quasi-objects' is over, you still have a change to see another Parreno mis-en-scene in action at the Schinkel Pavillon. Here Parreno presents his room filling installation 'How Can We Tell the Dancers from the Dance', where a giant white wall is slowly circling the round exhibition space. The dancers are absent, but you can hear rhythmical footsteps moving over the white dance floor in the middle of the room. Like a ghost of a gone performance, you can still get a feeling of what the dance, which was never there, might have been like. And that makes the title a rhetorical question.